De focus van deze cursus is gericht op de wet- en regelgeving die specifiek van toepassing is op beleggingsfraude. Zowel de relevante bepalingen uit de Wet op het financieel toezicht als de commune strafbepalingen als oplichting, verduistering, witwassen en valsheid in geschrifte worden toegelicht, toegesneden op beleggingsfraude. Aan de hand van de diverse verschijningsvormen van beleggingsfraude wordt het fenomeen geschetst en komen ook specifieke aspecten van de handhaving aan de orde. Ten slotte wordt de positie van de gedupeerde belegger zowel in het strafproces als in civielrechtelijke context behandeld.
Aan de hand van bekende zaken uit de praktijk zoals Palm Invest, Quality Investments en Hollandse Wind worden de diverse onderwerpen verder uitgediept en concreet gemaakt.
Programma
Deel I: Fenomeen beleggingsfraude
Verschijningsvormen van beleggingsfraude, waaronder boilerrooms, piramidespelen en ponzi-zwendels, beleggen in bijzondere financiële producten
Handhavingsbeleid en positie toezichthouders
Specifieke aspecten opsporingsonderzoek en vervolging
Deel II: Materiële aspecten van de vervolging
Schets Wft en vrijstellingen bij beleggen, en de meest relevante delictsvormen uit de Wft
Commune strafrecht delicten zoals oplichting en verduistering, witwassen, valsheid in geschrifte
Deel III: Positie benadeelde belegger
Benadeelde partijen en schadevergoeding in het strafrecht
Civielrechtelijke instrumenten bij beleggingsfraude
Doelgroep
Advocaten
(overheids)juristen
Compliace professionals
Toezichthouders
Handhavers
Openbaar Ministerie
Rechterlijke macht
Politie
FIOD